cowboys en indianen

‘Wat gaan we doen voor het weekslot?’

vraag ik als we in de kring zitten.

‘Cowboys en Indianen wordt er geroepen.’

‘Ja cowboys en Indianen want we zijn nu bezig over Noord- Amerika.’

‘Oké,’ herhaal ik, ‘Cowboys en Indianen’ en schrijf het op.

De brainstorm begint.

‘En dan kunnen twee kinderen bijvoorbeeld het verhaal voorlezen.’

‘Ja en dan een dans…nee een battle.’ ‘Een liedje.’

‘Goed zo, genoeg ideeën…wie gaan dit uitwerken?’

Ik noteer: Anna, Chantal, Hiram en Sil.

 

‘Oké, we hebben al iets héél erg leuks bedacht’, zegt Anna.

Anna is inmiddels ook één van de voorlezers, samen met Inte.

De grote lijnen van het verhaal zijn bedacht, de rollen zijn verdeeld.

Nu alleen nog het verhaal uitschrijven.

‘Dan beginnen we met …..Er was eens een cowboy groep.’ zegt Inte.

‘Ja en dan zeg ik….en een Indianenstam.’ antwoordt Anna.

De cowboy wordt erbij gehaald en het Indianenmeisje.

‘Ik heet dan Zilverslang’, zegt Rowan.

‘En jij bent Billy Boem, ’ zeggen Anna en Inte tegen Ralph.

Ralph doet z’n armen in de lucht terwijl Anne en Inte enthousiast beginnen te zingen.

‘En wie rijdt er op z’n paard door de prairie?

Het is cowboy Billy Boem, door de boeven zeer gevreesd.’

Vervolgens barsten ze in lachen uit.

‘Ja en dan zeggen wij dat ze het geheim willen houden…

want Cowboys en Indianen kunnen niet samen’

 

‘Wat zal ik zeggen als sheriff ?’,vraagt Fons.

‘En dan zeg  jij : Oorlog, wij gaan oorlog voeren.’

Ik meng me in het gesprek.

‘Over dat oorlog voeren…. daar moeten we wel iets mee…….da’s niet zo WP.’

Het valt even stil.

‘Ik weet het..ik weet het ‘,zegt Inte.

‘Dan zeggen de decorbouwers …… maar daar doen wij op de WP niet aan mee!’

 

‘En dan eindigen we met:

Hou op, ik vind het niet meer leuk,

het maakt niet uit hoe je bent al woon je in een dorp of tent!’, zegt Rowan.

 

Ze schrijft  de tekst op het white board,

onder “ want cowboys en Indianen gaan niet samen”  en “Maar daar doen wij op de WP niet aan mee”

 

‘Ik vind dat er ook een stukje geschiedenis in moet…

dan kun jij een stukje uit je werkstuk voorlezen, Anna’.  Anna knikt.

‘En hadden jullie ook al een liedje?’

Anna, Inte en Rowan beginnen te zingen:

‘Indianen …..Cowboys…… Indianen…..Cowboys, werken samen, werken samen, werken samen!’

 

Ik steek mijn duim omhoog.

‘Top’ zeg ik ‘Het wordt vast hartstikke goed.’