blader dictee

De derde jaars spelen langer buiten. Dat betekent dat ik vijfenveertig minuten alleen groep vier heb.
Vandaag gaan we een blader dictee doen.
In de pauze hebben Beau, Soof en Fayenne herfstbladeren verzameld.
De werkers kiezen een herfstblad en bekijken eerst hoe ze het op een blad papier willen plakken.
Daarna bedenken ze wat ze ervan gaan maken, wat zien ze in het blaadje.
Ik zie een kerstboom….. ik een boom…..een…. ik weet het nog niet…

Ze gaan aan de slag.
Hé ik zie een lamp zegt Fay. Ze tekent met een dikke zwarte stift lichtbundels om het blad en bevestigt het aaneen ‘snoer’.
Dan kun je er ook bijschrijven wat het is en woorden die er mee te maken hebben.
Merijn maakt van zijn blad een Herculeskever.
Ik schrijf het woord op het digibord, want woorden als Herculeskever hebben de vierde jaars nog niet gehad. Het is een naam en namen beginnen altijd met een hoofdletter.
Mag ik er ook bijvoorbeeld schrijven dat hij een pantser heeft… vraagt Merijn als hij klaar is.
Ik loop naar het digibord.
Tuurlijk, kijk pantser is een woord met drie medeklinkers achter elkaar…
daar hebben we het bij Karakter (van de pilot leesmethode)over gehad.
Ik onderstreep de nts.

Hoe schrijf je regenboog? vraagt Bibi.

Je schrijft de e maar zegt u……want je zegt regunboog en geen regènboog.
Fay en Beau willen het woord diamant opschrijven. Is diamant met een t of een d, op het eind.
Hoe kom je daar nu achter? Ze kijken me aan.
Maak het woord eens langer,is het diamanTen of diamanDen? DiamanTen, antwoorden ze.
Precies en daarom is diamant met een t, je maakt het woord gewoon langer.
O dat is een hakwoord,hoor ik Fayenne zeggen. Haar blaadje is gevuld met heel veel woorden.
Fieke heeft het woord wolk in spiegelbeeld geschreven. Wow dat is knap zeg ik Het woord wolk in spiegelbeeld.
Fieke lacht en is super trots als Fay aanvult met Fieke kan gewoon in het spiegelbeeld schrijven zonder dat ze het wist.
Naast de getekende wolk schrijft ze het woord wolk nog een keer. Ik steek mijn duim omhoog.
Ondertussen is Mika aan Martine (stagiair) aan het vertellen dat hij nu weet hoe je het woord druppel schrijft.
De u is kort, zorg dat er verdubbeld wordt.
Woorden en spellingsafspraken gaan over en weer.
Ze tekenen, schrijven en overleggen. En zo ontstaat het blader dictee.
Wat een geweldig idee, dit bladerdictee zeg ik terwijl ik langs loop.
Het rijmt dus het is waar roept iedereen in koor. En zo is het maar net….