Als je op de heuvel staat heb je een prachtig uitzicht en overzicht op de bosrand.
De zon schijnt, vogels fluiten en in de verte zijn ze aan het voetballen.
Kijk je kan er helemaal in kruipen. Ik doe het wel even voor! zegt een middenbouwer enthousiast.
Behendig laat hij zich in een kuil zakken en kijkt mij triomfantelijk aan.
Hij kruipt er weer uit en zijn spijkerbroek is bijna zwart. Hier moet het nog wat dieper. Hij graaft met zijn handen het zand weg.
In een hut die afgebakend is met kleine stammetjes en takken hoor ik : Dit is meer een prinsessenstoel. Een langwerpige stam staat in het midden.
Ik zie een werker die met een – in mijn ogen – gigantische boomstronk op zijn schouders door de bosrand zeult.
Zonder dat ik iets hoef te vragen zegt hij: Ja we zijn aan het verhuizen! en loopt verder richting een hut die achter de struiken verstopt ligt.
Twee werkers tillen een lange dunne tak op en zetten het vast tussen 2 bomen.
Ze leggen er allemaal spulletjes op: blaadjes, kleine stukken hout, boomschors…
Wat leuk! zeg ik. Het ziet eruit als een kast met planken.
Nou, dit is ons restaurant. Ze draaien in het rond. Eerst was het een beetje slordig en nu niet meer.
Je moet ‘m rollen… gewoon zo…. met je handen, zegt een 4e jaars tegen een 3e jaars die in zijn handen een stok heeft en daarmee het stammetje vooruit duwt.
Hij blijft ijverig en geconcentreerd met de stok duwen.
Het stammetje slingert alle kanten op.
Zo, da’s een mooie hut! En er zit ook een dak op, grappig, zeg ik.
Ja en hij is ook héél erg stevig ….. dat weten we want we zijn er op gaan staan, roepen ze trots.
Zelfs mijn moeder kan er op staan.
Hier in de bosrand is het één en al bedrijvigheid. Wat een geweldige bouwwerken!
Ik loop – onder de indruk – terug naar de heuvel.
In mijn hoofd vormt zich een landkaart .
In het noordoosten is het kasteel met de prinsessenstoel. Voorbij het slingerpad is het restaurant. Een grote volksverhuizing vindt plaats van het noorden naar het westen daar waar de groene struiken beginnen.
In het zuiden bij de kleine heuvels is de hut met het oersterke dak, aan de rand van het land met het zwarte zand.
Vanuit de bosrand rent iedereen het gras over.
De pauze is afgelopen.
Adembenemend!